Categorie archieven: Fantasie

Verloren Leven

Tijd schoot er bijna niet over om de liefde te bedrijven,
Toch deerde het hem niet,
Althans niet in fysieke zin,
Psychisch viel het hem zwaar,
Te weten dat zijn zaad,
Hulpeloos rondraasde,
Wachtende op de verlossing,
En te komen bij het doel,
Welke desalniettemin meestal gemist wordt

Uitvreter

Her plotselinge vertrek van den uitvreter,
Deed haar terecht vermoeden,
Dat het zuurverdiende geld,
Haar bekomen,
Door hem was meegenomen,
Nog steeds klonk de charmante lach,
Haar in de oren,
De ongeboren vrucht nog in de schoot,
Willoos liet zij alles gebeuren,
Nu de realiteit zich ontpopte
Gevoelde ze zich voorgoed uitgekleed,
Uitgehold,
Leeggezogen,
Gevangene van de neerwaardse spiraal,
Verworden tot een lege huls,

Gevierde held,
Van deze nacht,
Hoe komt u aan al die pracht,
Champagne, ringen en gouden horloges,
Bonbons en koekjes in doosjes,
Met linten van satijn,
En veel loze beloften,
Aan de dames die zo pijnlijk eenzaam zijn

Wijselijk stellen ze geen vragen,
En ze genieten van de hoogtij dagen,

Tot dat ook zij

Gaan beseffen,
Dat ten langen leste,
Den uitvreter,
Sans gene,
Er vandoor gaat met de buit,
Gevoelens interesseren hem geen fluit.

Verlangen

Er schuilt een dichter in mij,
Waar niemand iets van wil weten,
Want iedere keer,
Als ik wil declameren,
Verkeer ik in andere sferen,
Willen de woorden niet komen,
En het gepeupel ziet mij dromen,
Telkens als ik weer wat uitbrengen wil,
Gaan mijn mooie regels in gegil,
Nooit zal ik enige betekenis hebben op het literaire vlak,
Ik sta nu in de supermarkt en ik vul maar weer eens een vak.

Zero

Ik zuig stof,
Gelukkig ben ik,
Met mijn mini stofzuiger,
Want ik zuig,
Zonder kan in niet,
Zuigen kan ik niet zonder,
Een stofzuigen ben ik,
Ik zuig,
Ik zuig stof,
Zonder kan ik niet,
Zonder stof kan ik niet,
Stof ben ik,
Ik ben stof,
Zonder stof kan ik niet,
Zonder stof ben ik vergaan.

Metamorfose

Zij wist niet,
Dat de verandering,
Die zij voelde,
Ergens op leek,
Het voelen kon zij echter niet thuisbrengen,
Ze wist wel,
Dat er sinds enige tijd,
Een paar snorharen groeide,
En ook had zij enorme jeuk bij haar staartbeentje,
Haar woorden werden soms vervormd,
Tot een katachtig geschreeuw,
Ze wist dat ze niet meer paste in dit leven,
Haar geboortedag naderde,
Ze zag het met lede ogen aan,
Het feest,
Welke zij had voorbereid,
Werd een loden last,
De grote dag werd een kater,
Die zij na haar metamorfose,
Op het dak doorbracht.