Van koeterwaals tot welbespraakt,
Reeds in de vroege jeugd ‘iets’ aangeraakt,
Billeritsie, boterspritsie,
Op weg naar jouw eigen ster,
Nee, niet van Betlehem,
Die staat te ver,
De dingen doen,
Met de Franse slag,
En lieve Tijs dat mag,
Als een ‘Bon Vivant’ door het leven gaan,
Je niet door tegenslag terneer laten slaan,
Jij leeft jouw leven met jolijt,
En dat is,
Wat je onderscheid van de rest,
Want wat jij kan maken,
Dat kan er geen een,
Schijt aan het gepeupel,
En neem er nog een!